12/11/2025
Worden wie je bent, hangt af van veel. Het lukte deze duizendpoot. Wie herkent haar?
Ik moest vanmorgen denken aan een klas, mijn favoriete klas, zes meisjes en één jongen. Akademie voor de Kleinkunst, kleine groepjes begaafde leerlingen die na een lange selectieprocedure toegelaten waren en die met grote gulzige blikken een nieuw leven instapten, in de grote stad, ver verwijderd van hun bezorgde ouders en hun vroegere wereldje, op nieuw begonnen aan een leven dat zou leiden naar succes en roem.
Ik ging over de bibliotheek en gaf een uur per week geschiedenis van het amusement en hielp de leerlingen bij het zoeken van zangrepertoire. Ik was een jonge docent. De meeste leerlingen waren in de twintig, ik een paar jaar ouder. Ik stond dicht bij hun wereld, bij hun muzikale smaak.
Inzoomen op een klas van ruim veertig jaar geleden. Wie zie ik nog. Liesbeth, een vage dromerige vrouw die met een mede-leerling trouwde en die ik nooit meer ontmoet heb.
Mieke, ook al zo'n vaag wezen. Haar vader was een bekende toneelcriticus. Ze was blond, had mooie lippen een heel bijzondere stem. Nooit meer gezien. Er gingen wel verhalen. Ze zou buikdanseres zijn geworden in Egypte.
Alex, tot mijn schande nauwelijks herinneringen aan behouden. Het waren talentvolle mensen, anders waren ze niet op die school gekomen, maar toch zijn ze niet geworden wat ze toen dachten.
Wie wel? Talent moet ondersteund worden met allerlei neventalenten. En er moet ook een dosis geluk bij komen.
Inge, een lieve blonde vrouw, pittig, kon beter acteren dan zingen, was al iets ouder. Had het geluk dat ze na haar schooltijd een rolletje aangeboden kreeg in een soapserie die net begon. Wist ook niet dat ze daardoor heel bekend zou worden en haar verdere leven als soap-actrice bekend zou staan. Wilde ze dat? Was het een goede keuze of heeft ze toen in het begin al een afslag genomen waardoor ze nooit in de Stadsschouwburg zal komen te staan? Had ze dat gewild? Dat weet ze alleen zelf.
Marianne, een schoonheid, Indische afkomst, de mooiste en dromerigste ogen ooit gezien, intelligent, strijdbaar, geestig, kon acteren, had schrijfaspiraties. Ik moest me voortdurend schrap zetten om niet bodemloos verliefd op haar te worden. Ze heeft het na school goed gedaan, maakte goeie keuzes, liet zich goed adviseren, speelde in films en toneelstukken, werd schrijver, maakte zelf stukken, publiceerde en wordt door de mensen die haar gekend hebben nog altijd genoemd. Ze is veel te jong gestorven.
En dan die twee vrolijke meiden. Ze hadden constant de turbo aan. Wat een plezier, wat een lach, wat een stemmen ook. Onafscheidelijk die twee. Ik noemde ze mrs Flotsam & mrs Jetsam naar een oud komisch duo.
Anne-Marie was Flotsam, ze was dun, zeer talentvol had iets slordigs, kon heerlijk zingen, heeft ook in cabarets opgetreden. Was getrouwd of woonde samen met een pianist van de kleinkunstakademie en daarna is ze uit het zicht verdwenen. Waarom? wat is er gebeurd? Zo'n groot talent, waarom is het er niet uitgekomen. Zo iets kan me lang bezighouden.
En mrs Jetsam, hoe is het daarmee? Had ze talent, werkte ze hard, stond ze op een stevige ondergrond, werd ze gesteund door een goeie omgeving, had ze discipline, zat haar karakter haar niet in de weg, had ze mazzel, maakte ze goeie keuzes, is ze niet voortijdig ziek geworden of gestorven?
Mrs Jetsam zei niet veel, lachte veel, was een leuke knappe, vrolijke, heel gewone Amsterdamse meid in een tuinbroek met henna in haar haar. Ze kon alles. Zingen, dansen, acteren. Speelde ook gitaar en zong zachte liedjes uit een schriftje. Ze kon ook heel hard werken. Als ze op het toneel stond, ging er in haar een lichtje aan, dan was ze thuis. Het toneel was haar plek op aarde.
En dat is het nog. Iedereen kent haar in Nederland, ze zit meer dan veertig jaar in het vak en heeft nooit een dag zonder werk gezeten.
Een paar jaar geleden werd ze geëerd in het De La Mar, iedereen waar ze ooit mee gewerkt had, was er en ook een paar oud-leraren en Joop van den Ende, de directeur van alles en iedereen, hield een uitgebreide lofrede op haar, op Simone Kleinsma. De schat.
Foto: Rob C. Croes