21/05/2025
APARA EKADASI - De tweede Ekadasi van de maand juni '25 -
Datum: Vrijdag 23 mei 2025 in Nederland en Suriname*
Eens vroeg Maharaj Yudhisthira aan Heer Krishna, "O Janardana, hoe heet de Ekadasi die tijdens de afnemende maan van de maand Jyestha (mei-juni) voorkomt en wat zijn diens glories? Leg dit alstublieft uit."
Heer Krishna antwoordde, " O Maharaj Yudhisthira, u heeft mij een intelligente vraag gesteld die gunstig is voor iedereen. Deze Ekadasi staat bekend als Apara. O koning, het wijst grote verdienste toe aan degenen die het volgen, en het elimineert hun zondige reacties zoals het doden van een brahmaan, een koe en een embryo middels een abortus, het bekritiseren van anderen, betrokken zijn in een onwettige gemeenschap, liegen, een valse bekentenis afleggen, opscheppen, de Veda's reciteren of onderricht geven voor geld en het verzinnen van een eigen geschrift. Een bedrieger, een pyseudo-astroloog en een oneerlijke arts zijn net zo zondig als iemand die een vals bekentenis aflegt. Al deze zondige reacties worden volledig verdelgd door te vasten op Apara Ekadasi. Een kshatriya (krijgsheer) die zijn plicht verzaakt en het slagveld verlaat, verliest beslist zijn positie in de maatschappij en gaat naar de hel. Als zo'n persoon deze Ekadasi met vertrouwen volgt, wordt hij gered en zal hij de hemelse planeten bereiken.
O koning, een discipel die kennis van zijn spirituele leraar ontvangt en hem daarna vervloekt, begaat absoluut een grote zonde. Deze verdoemde persoon kan worden gered door Apara Ekadasi te volgen; hij zal dan de allerhoogste bestemming bereiken. Door het volgen van deze gelofte kan men gemakkelijk de verdiensten verkrijgen die vergelijkbaar zijn met het nemen van een bad in de heilige rivieren, het bezoeken van pelgrimsplaatsen, of het doneren van olifanten, paarden, koeien, geld of land. De gelofte is net als een scherpe bijl voor het kappen van bomen, en een laaiend vuur voor het branden van het bos van zonden tot as. Het is net als de schitterende zon voor de vernietiging van duisternis vol met zondige activiteiten, en een als leeuw voor het verslinden van de herten van zonden. O koning, door te vasten op Apara Ekadasi en het vereren van Heer Vishnu in zijn Trivikrama gedaante, bereikt men de zegenrijke woonplaats van Heer Vishnu. Een ieder die hoort of leest over de glories van deze Ekadasi die Ik heb beschreven ten behoeve van iedereen, wordt ontheven van al zijn zondige reacties.
Maharaj Rukmangada, een grote toegewijde en de heerser van de stad van de hemelgoden, had een prachtige betoverende bloementuin in zijn koninkrijk die iedereen wilde zien. Bezoekers van die tuin plukten zoveel bloemen dat er nauwelijks iets overbleef voor de koning. Zodoende werd het een verlaten woestijn. De koning was zeer verdrietig bij het zien van de erbarmelijke toestand van de tuin. Hoewel hij het aantal wachters daar verhoogde, bleef het stelen van de bloemen doorgaan. Hij nam ook vele andere maatregelen, maar niets van ze waren effectief, omdat de wezens die de bloemen stalen geen mensen waren. Ze konden niet worden gepakt, omdat ze de hemelgoden, hemelgodinnen en Apsaras van de hemel waren.
Uiteindelijk vroeg de koning de familiepriester om het probleem op te lossen. De priester legde uit dat als het water van Bhagavan Vishnu's lotusvoeten, bloemen of bloemenkransen die geofferd zijn aan de beeldgedaante van Bhagavan in de tuin werden geplaatst, het dan mogelijk was om de dieven te pakken. De koning beval dat dit moest worden gedaan.
Op een avond verschenen de hemelgoden, hemelgodinnen en Apsara's zoals ze eerder hadden gedaan in die tuin. Onmiddellijk nadat de voet van één van de Apasara's een bloem raakte die aan de Heer was geofferd, werden al haar vrome verdiensten teniet gedaan en verloor ze de mogelijkheid om terug te keren naar de hemel. De andere hemelgoden en hemelgodinnen probeerden haar terug te brengen, maar ze faalden en werden neerslachtig. Ze moesten haar achterlaten toen ze naar de hemel terugkeerden. De onfortuinlijke Apasara, die nu niet meer terug kon vliegen naar de hemel, bleef hier alleen achter. Gescheiden van haar vrienden en geconfronteerd met de onvermijdelijke verontrustende eigenschappen van deze sterfelijke wereld, zoals ouderdom en ziekte, begon ze te huilen en dacht, 'Helaas, ik moet nu in deze sterfelijke wereld leven.'
De volgende ochtend zagen de wachters en tuiniers haar in de tuin en waren verbijsterd door haar hemelse schittering en onvergelijkbare schoonheid. Ze gingen naar het koninklijke paleis en vertelden de koning het nieuws. Hij ging naar de tuin en zag de Apsara's buitengewone schoonheid. Denkend dat ze Durga, Laksmi of Sarasvati was, offerde hij haar zijn eerbetuigingen.
De koning zag haar huilen en voelde grote mededogen voor haar. Hij vroeg, 'O godin, waarom ben je aan het huilen? Waarom ben je verdrietig?' De Apsara vertelde hem het verhaal en dat ze terug wilde naar de hemel. Ze legde uit dat op de planeet van de mensen ouderdom sneller komt, veel ziekten het lichaam aantast en er hier niet voldoende genoten kan worden van zinsbevrediging. Ze zei, 'Maharaj, ik kan naar de hemel terugkeren als één van uw onderdanen het resultaat van één Ekadasi aan mij doneert. Door het ontvangen van de verdienste van één Ekadasi, zal ik in staat zijn om te genieten van het goddelijke geluk in de hemel gedurende één kalpa, die bestaat uit 4,32 miljard jaar.'
Koning Rukmangada wist niets over Ekadasi. Toen hij hierover informeerde bij zijn Rajaguru (de koninklijke spirituele leraar) zei hij, 'Dit is de eerste keer dat ik over de gelofte van Ekadasi heb gehoord.' De koning kondigde in zijn stad aan dat er een beloning zou worden gegeven aan elke onderdaan die bereid was om de verdienste van één Ekadasi te doneren. Toen geen enkele onderdaan zich voor drie of vier dagen aanmeldde, verhoogde de koning het bedrag van de beloning totdat hij uiteindelijk de helft van zijn koninkrijk aanbood. Toch meldde niemand zich. Citragupta, de accountant van Yamaraja, zei tegen de Apsara dat er een rijke koopman in Rukmangada's koninkrijk was wiens vrouw de gelofte van Ekadasi in acht had genomen als gevolg van hulpeloosheid.
De Apsara vertelde de koning over de rijke koopman en waar hij woonde. Ze zei, 'De vrouw van die rijke koopman ging op een dag naar een geïsoleerd pakhuis vlakbij haar huis om bepaalde goederen te zoeken. De bedienden van de rijke koopman wisten niet dat ze in het pakhuis was. Toen de rijke koopman zijn bedienden bij zich riep, sloten ze het pakhuis en gingen weg.
De vrouw van de rijke koopman was nu opgesloten. Voor een lange tijd bonkte ze op de deur, maar dankzij de geïsoleerde locatie hoorde niemand haar. Angstig en radeloos sliep ze daar 's nachts denkend dat iemand de volgende dag de deur open zou doen. Bij toeval was het de volgende dag echter een feestdag. Daardoor kwam niemand naar het pakhuis. De vrouw van de rijke koopman begon te lijden van extreme honger en dorst.
Ondertussen werden de koopman en zijn familie zeer ongerust. Overal zochten ze naar haar, maar ze was onvindbaar. Niemand dacht om in het pakhuis te kijken, omdat de vrouw van de koopman daar nooit kwam. Die dag ging ze daar puur uit nieuwsgierigheid.
De dag na de feestdag openden de bedienden de deur van het pakhuis en troffen haar bewusteloos aan. Snel informeerden ze de koopman, en een naburige dokter werd opgeroepen. Hij sprenkelde water over haar gezicht, masseerde haar handen en voeten, en bracht haar weer bij bewustzijn. De lunch werd voor haar geregeld en langzaam begon ze te herstellen en op kracht te komen. Toevallig was het de dag dat de vrouw van de koopman naar het pakhuis ging Dasami en de volgende dag, toen ze opgesloten was en gedwongen volledig vastte, Ekadasi. Op deze manier nam ze onbewust de heilige gelofte van Ekadasi in acht.'
Na het horen van de Apsara's verhaal beval de koning zijn ministers en soldaten om de koopman en zijn vrouw te brengen, en ze met gepaste respect te behandelen. Aangekomen offerden ze hun eerbetuigingen aan de koning en de Apsara, en zeiden, 'Uw ministers hebben alles aan ons uitgelegd. Vertel ons alstublieft wat we moeten doen.'
De Apsara zei tegen de vrouw van de koopman, 'Als je zo genadig zou zijn om te beloven mij de verdienste van je Ekadasi gelofte te geven, kan ik terugkeren naar de hemel.' De koning arrangeerde dat de koninklijke spirituele leermeester de belofte van de vrouw van de koopman zou verzilveren, dus de verdienste van Ekadasi aan de Apsara te schenken. De godin uitte haar dankbaarheid aan de koning, de koopman, de vrouw van de koopman en een ieder, en keerde terug naar de hemel. De koning kwam zijn belofte na door het halve koninkrijk aan de vrouw van de koopman te geven.
Door Maharaj Rukmangada's betrokkenheid bij dit incident raakte hij volledig overtuigd van de grote glories en mogelijkheden van Ekadasi. Op een dag besloot hij dat elke onderdaan van zijn koninkrijk de gelofte van Ekadasi geregeld moest volgen, die zeer veel vrome verdienste en baat schenkt.
Daarom gebruikte hij de volgende verklaring:
astavarnadhiko marttyodhasiti naiva puyaryate
yo bhunkte mamake rastre visnorahani papakrta
sa me vadhys ca nirvvasyo desatah kalatahs ca me
etasmata karanad vipra ekadasya amu posanam
kuryannaro va nari va paksayor ubhayor ubhayor api
(Naradiya-purana)
'Iedereen die tussen de 8 en 80 jaar granen eet op Ekadasi, wordt geëxecuteerd of verbannen uit mijn koninkrijk. Elke man of vrouw moet de gelofte van Ekadasi in acht nemen gedurende zowel de wassende als de afnemende maan. Deze regel geldt voor iedereen inclusief mijn zoon, moeder, vader, vrouw, vrienden en familieleden. Ik zal een ieder straffen die dit niet volgt.'
De koning kondigde dit aanzienlijk in zijn gehele koninkrijk. Alle onderdanen volgden zijn instructie op en vastten op Ekadasi, met als resultaat dat ze uiteindelijk de Vaikuntha planeten bereikten.
De Brahmanda Purana stelt dat Apara Ekadasi grote vrome verdienste schenkt, het zelfs de meest ernstige zonden vernietigt en het oneindig veel voordelen geeft."
- Hierbij eindigt het verhaal over de glories van Jyestha-krishna Ekadasi ofwel Apara Ekadasi uit de heilige Brahmanda Purana van Srila Krishna Dvaipayana Vyaasadeva -
Nederlandse vertaling van de Śrī Mādhava-tithi verzorgd door het vertaalteam van Stichting Gaudiya Nederland.
Dutch translation of the Śrī Mādhava-tithi provided by the translation team of the Gaudiya Netherlands Foundation.
* Nederland: Vrijdag 23 mei 2025 - vasten breken: Zaterdag 24 mei tussen: 05.32 – 10:56 uur.
Suriname: Vrijdag 23 mei 2025 - vasten breken: Zaterdag 24 mei tussen: 06:25 – 10:33 uur.