
30/09/2025
🌿 𝗢𝗿𝘁𝗵𝗼𝗺𝗼𝗹𝗲𝗰𝘂𝗹𝗮𝗶𝗿𝗲 𝗶𝗻𝘇𝗶𝗰𝗵𝘁𝗲𝗻 𝗲𝗻 𝗸𝗹𝗮𝘀𝘀𝗶𝗲𝗸𝗲 𝗱𝗶𝗲𝗿𝗴𝗲𝗻𝗲𝗲𝘀𝗸𝘂𝗻𝗱𝗲 𝗸𝘂𝗻𝗻𝗲𝗻 𝗲𝗹𝗸𝗮𝗮𝗿 𝘃𝗲𝗿𝘀𝘁𝗲𝗿𝗸𝗲𝗻... 𝗮𝗹𝘀 𝘄𝗲 𝗲𝗹𝗸𝗮𝗮𝗿 𝗱𝗲 𝗿𝘂𝗶𝗺𝘁𝗲 𝗴𝗲𝘃𝗲𝗻. ✨
In mijn praktijk merk ik regelmatig dat therapeuten 𝘁𝗲𝗴𝗲𝗻𝘄𝗶𝗻𝗱 krijgen wanneer ze een test of onderzoek adviseren aan een klant. Dat is jammer, want vaak gaat het niet om “zomaar wat testen”. Ik raad alleen een test aan als ik een 𝗱𝘂𝗶𝗱𝗲𝗹𝗶𝗷𝗸 𝘃𝗲𝗿𝗺𝗼𝗲𝗱𝗲𝗻 heb dat er functioneel iets speelt; gebaseerd op klachten, het verhaal van de eigenaar en mijn ervaring.
Onlangs kreeg ik een intake voor een hond met 𝗹𝗮𝗻𝗴𝗱𝘂𝗿𝗶𝗴𝗲 𝗮𝗹𝗹𝗲𝗿𝗴𝗶𝗲𝗸𝗹𝗮𝗰𝗵𝘁𝗲𝗻 en stress. In zo’n geval denk ik onder andere aan 𝘃𝗶𝘁𝗮𝗺𝗶𝗻𝗲 𝗕𝟭𝟮. Het speelt een belangrijke rol in 𝗲𝗻𝗲𝗿𝗴𝗶𝗲𝗵𝘂𝗶𝘀𝗵𝗼𝘂𝗱𝗶𝗻𝗴, 𝗶𝗺𝗺𝘂𝗻𝗶𝘁𝗲𝗶𝘁, 𝗵𝘂𝗶𝗱𝗸𝗹𝗮𝗰𝗵𝘁𝗲𝗻 en 𝗱𝗮𝗿𝗺𝗴𝗲𝘇𝗼𝗻𝗱𝗵𝗲𝗶𝗱.
📊 De bloedtest bevestigde mijn vermoeden:
- B12: 𝟮𝟲𝟳 𝗽𝗺𝗼𝗹/𝗟
- Labreferentie: 172,65 – 599 pmol/L
- Richtlijn EDUVET: > 𝟱𝟬𝟬 𝗽𝗺𝗼𝗹/𝗟, bij klachten liefst 800–900 pmol/L
Volgens de labreferentie was dit “binnen de norm”. Maar volgens 𝗮𝗰𝘁𝘂𝗲𝗹𝗲 𝗶𝗻𝘇𝗶𝗰𝗵𝘁𝗲𝗻 is dit 𝗱𝘂𝗶𝗱𝗲𝗹𝗶𝗷𝗸 𝘁𝗲 𝗹𝗮𝗮𝗴 voor een hond met deze klachten.
Veel laboratoria gebruiken nog 𝘃𝗲𝗿𝗼𝘂𝗱𝗲𝗿𝗱𝗲 𝗿𝗲𝗳𝗲𝗿𝗲𝗻𝘁𝗶𝗲𝘄𝗮𝗮𝗿𝗱𝗲𝗻, waardoor functionele tekorten niet altijd worden herkend. Vanuit een orthomoleculaire bril kijken we naar 𝗼𝗽𝘁𝗶𝗺𝗮𝗹𝗲 𝘄𝗮𝗮𝗿𝗱𝗲𝗻, niet alleen naar ziek of gezond!
In dit geval zei de dierenarts tegen de eigenaar:
👉 “Wat weet zij daar nu van? Zij werkt niet eens met een dierenarts samen.”
Ik werk al jaren samen met dierenartsen en dierenklinieken en weet hoe waardevol dat is. Onze expertises overlappen niet altijd, maar 𝘃𝘂𝗹𝗹𝗲𝗻 𝗲𝗹𝗸𝗮𝗮𝗿 𝗮𝗮𝗻. Klassieke diergeneeskunde biedt onmisbare diagnostiek, orthomoleculaire inzichten helpen om 𝘀𝘂𝗯𝘁𝗶𝗲𝗹𝗲 𝘃𝗲𝗿𝘀𝘁𝗼𝗿𝗶𝗻𝗴𝗲𝗻 𝘀𝗻𝗲𝗹𝗹𝗲𝗿 𝘁𝗲 𝗵𝗲𝗿𝗸𝗲𝗻𝗻𝗲𝗻 en gerichter te behandelen.
📌 Newsflash: we staan niet tegenover elkaar. We hebben hetzelfde doel.
Eve