15/09/2025
De ontelbare ritjes naar huis
Ik heb al ontelbare keren de weg naar huis gereden. Niet alleen kilometers op asfalt, maar ook duizenden gedachten, emoties en gesprekken die ik met mezelf voerde. En die ritten maakte ik niet in zomaar een auto, maar in mijn vier trouwe metgezellen die elk hun eigen karakter hadden.
De eerste was ons Grad.
Grad was geen auto, Grad was een overlever. Elke bocht kraakte, de ramen besloegen sneller dan je ze kon ontwasemen en de radio werkte alleen als je hem op precies de goede manier sloeg. Maar Grad bracht me overal. Van ochtenddiensten in de regen tot nachtdiensten waar ik met slaperige ogen weer instapte. In Grad heb ik gevloekt, geschreeuwd, gelachen en gehuild. Hij was een rijdend dagboek dat alles hoorde en nooit iets terug zei.
Toen kwam het vliegtuig.
Geen Boeing 747, maar zo voelde het wel. Groot, log, een soort bakbeest op wielen. Ik dacht dat ik de hele wereld aankon toen ik erin reed. Elke rit was een vlucht, hup de snelweg op, muziek hard, gevoel van onoverwinnelijkheid. Totdat ik besefte dat hij meer brandstof vrat dan ik aan koffie tijdens een dubbele dienst. Het vliegtuig was een fase, een periode van groot doen, terwijl ik zelf vaak te moe was om groot te voelen.
Daarna was er de straaljager.
Strak, snel, altijd haast. Je hoefde het gaspedaal maar aan te kijken en je vloog vooruit. En daar zat ik dan, na nachtdiensten waarin ik overlijdens had meegemaakt, gesprekken had gevoerd die me nog dagen bijbleven, en emoties had ingeslikt die niemand zag. De straaljager vloog wel, maar ik sleepte altijd mijn bagage mee. Hij scheurde, maar wist niks van de zwaarte op de achterbank. Toch bracht hij me thuis, elke keer weer.
En nu… nu heb ik Elliot.
Mijn huidige maatje. Geen vliegtuig, geen straaljager, maar gewoon Elliot. Degelijk, betrouwbaar, een auto die niet pronkt of piept, maar gewoon doet wat hij moet doen: me veilig naar huis brengen. In Elliot kan ik ademhalen. Soms zet ik de radio zo hard dat ik mijn eigen gedachten niet meer hoor. Soms rijd ik in complete stilte, alleen ik, het stuur en de weg. Elliot is geen show, maar stabiliteit. En misschien is dat wel precies wat ik nodig heb.
Al die ritjes naar huis, al die voertuigen met hun eigenaardigheden, hebben me iets geleerd.
Ze brachten me niet alleen van A naar B, ze brachten me van werk naar mezelf.
De auto is vaak de plek waar ik weer even alles laat zakken. Waar ik de verhalen van de dag in mijn hoofd rangschik, waar ik huil om wat ik gezien heb, of juist hard lach om een grap van een collega die maar blijft hangen.
Grad, het vliegtuig, de straaljager en Elliot. Vier voertuigen, vier fases van mijn leven, vier spiegels van wie ik toen was.
En allemaal hebben ze één ding gemeen:
Ze brachten me naar huis.
En dat, geloof me, is de belangrijkste rit van de dag.