
26/03/2025
Maart 2024
Een blog met tips en handvatten van Nicole Coppens
Eerste hulp bij ASS: Heb jij dat ook?
Er is een hoop gaande in de wereld. Al ben je er niet de hele dag mee bezig, het doet toch iets met je. Hoe werkt tobben bij een kind of jongere met autisme? Leer samen hoe je kunt nuanceren en relativeren.
Nicole Coppens, grondlegger en directeur van Het Maashuis in Apeldoorn, is deskundige op het gebied van autisme. In dit blog deelt ze haar kennis met ouders en verzorgers.
Ze hebben het er niet over. Je ziet het misschien niet meteen. Maar dat wil zeker niet zeggen dat er niks is. Kinderen en jongeren met autisme weten vaak veel meer dan hun ouders denken. Zie je een verandering in het gedrag, dan kan het zijn dat er iets is waar ze hulp bij nodig hebben. Dat hoeft niet per se, maar signaleer je gedrag dat anders is dan anders, denk aan veel meer praten of juist opvallend stil zijn, plotseling dwangmatig doen, boosheid, teruggetrokken zijn: ga in gesprek. Ontspannen en niet te lang.
Dit wel, dat niet
Bedenk: autisme is een informatieverwerkingsprobleem. Als je geen autisme hebt, filter je zo: dit is niet belangrijk, daar hoef ik niks mee, dit ook niet, dat wel… Je doet dit automatisch, je staat er niet bij stil. Als je wél autisme hebt, is dit filter er niet vanzelf. Gelukkig kun je dit wel trainen. Je kunt er beter mee om leren gaan.
Alles lijkt even belangrijk
Alles komt binnen en alles lijkt even belangrijk. Kun je je voorstellen hoe vol een brein dan is? Hierbij hoort ook zwart-wit denken. Zelf noem ik dit het van A naar Z-denken, de logica van tussenstappen is er niet, er wordt in het brein meteen geschakeld naar een conclusie. ‘Het wordt oorlog en ik moet gaan vechten’. Dit kind hoorde iets op het nieuws en maakte zich zorgen. Automatisch de tussenstappen bedenken, oog hebben voor het grijze gebied: bij autisme gebeurt dit niet. Ideeën kunnen een eigen leven gaan leiden en zo kunnen er niet-realistische ideeën, angsten of obsessies ontstaan.
Blijf bij feiten
In dit geval zei ik tegen het kind: is dat de waarheid, denk je? Het antwoordde: ja, ik denk dat ik moet gaan vechten. Waarop ik zei: oké, dan gaan we samen googelen. Oh, er zijn reservisten, geen doorsnee burgers die gaan vechten. Feiten bieden de meeste houvast als je stress hebt. Samen maakten we de kleinere stappen die je nodig hebt om een goede conclusie te kunnen trekken. Veel kinderen en jongeren zeggen dan: hmmm, dat was ik even vergeten. Ze zijn zich niet bewust van wat ze doen. Dit moet je aanleren door het te oefenen.
Nuanceren en relativeren
Voor kinderen en jongeren met autisme is de conclusie die ze trekken de werkelijkheid. Leer ze actief hoe ze kunnen nuanceren en relativeren. Een goed voorbeeld is de nadruk die op school op bepaalde woorden wordt gelegd, denk aan toets of examen. Ze horen: dit is de test aller testen, dit kan rampzalig uitpakken. Als je ernaast staat, kun je helpen door het gewicht van het woord examen af te halen: het is gewoon het laatste jaar, meer niet. Dat ze moeten leren, weten ze heus wel. Dat woord examen triggert veel. En nu hoor je steeds het woord oorlog. Ga na wat je kind bezighoudt.
Even peilen: zag jij dat ook?
Wat helpt, is steeds weer even peilen bij een kind. Je keek samen naar een tv-programma en je vraagt: wat viel jou op? Of: Dit klinkt best spannend, hè? Zo kom je er vanzelf achter wat er in je kind omgaat. De logica in een redenering kan heel onlogisch klinken: iemand keek je niet aan en dan noem je het pesten. Eigen aannames, die voelen als de werkelijkheid, kunnen veel stress veroorzaken.
Moet je overal iets mee
Moet je overal iets mee? Dit is een goede vraag. Leer ze na te denken over wat wel en niet belangrijk is om over na te denken. Wissel uit. Wat staat er in dat boek? Wat vind jij daarvan? Ga in gesprek, iedere dag even; niet te lang en niet te zwaar. Ik probeer altijd uit te leggen hoe het bij mij zit. Dan ben je gelijkwaardig. Dat is respectvol. En zo laat ik een ander licht op een onderwerp schijnen. Ik probeer niet in te vullen – wat achterdochtig dat je meteen aan pesten denkt! - maar ik noem wel een paar opties. Dus ik zeg: als iemand mij niet aankijkt, denk ik: die had vast zijn bril niet op. Of hij was diep in gedachten. Zo ontstaat vanzelf een gesprek.
Nabijheid
Het is altijd goed om nabij te zijn. Iemand met autisme verdient iemand die echt naar ze luistert. Hier in het Maashuis is dat ons doel. Hier kun je jezelf zijn. We benaderen iemand met een anders werkend brein niet als iemand met een ziekte of een stoornis, want dat is autisme niet. – Het kan niet vaak genoeg gezegd worden! - Ik zie heel mooie, pure mensen met talenten en vaardigheden waar je blij van wordt. Vergeet dus ook niet naar alle positieve dingen te kijken.
Nicole