30/07/2025
Mooi beschreven en voor ons heel herkenbaar..
De pomp in het blauwe koffertje
Geen gouden koffertjes zoals je ziet op televisie bij een loterijshow. Geen confetti of tromgeroffel. Mijn koffertje is blauw. Klein van formaat, maar met grote betekenis. Want in dat koffertje zit de pomp.
Elke keer als ik dat koffertje pak en ergens naar binnen loop, weet ik dat het geen gewone dienst wordt. Ik stap niet alleen een kamer binnen, maar iemands leven. Of eigenlijk: het laatste stukje daarvan.
Wat zit er in dat koffertje? Een medicatiepomp, bedoeld voor palliatieve sedatie. En laat ik het meteen heel helder maken: palliatieve sedatie is géén euthanasie. Het doel is niet om iemands leven te beëindigen, maar om het laatste stuk draaglijk te maken. Om de ondragelijke klachten, zoals pijn of benauwdheid, die niet meer op andere manieren te behandelen zijn, te verlichten. De pomp zorgt ervoor dat iemand in een diepe slaap komt. Niet om dood te gaan, maar om in rust te mogen zijn tot het lichaam zelf stopt.
Voor sommige mensen voelt die pomp als een soort bevrijding. Na een lange weg van lijden eindelijk geen pijn meer. Geen angst. Alleen nog rust. Dan is die pomp bijna een soort hoofdprijs – niet omdat iemand dood wil, maar omdat het lijden eindelijk mag stoppen.
Voor anderen is het moeilijker. Want ze hoopten op herstel. Op een wonder. Op meer tijd. En nu is daar mijn blauwe koffertje. Geen gouden belofte, maar een eerlijk afscheid. Soms voelt het oneerlijk. Te vroeg. Te definitief. En dat is het ook. Maar het enige dat ik dan kan bieden, is een waardig en rustig einde.
De pomp lijkt misschien technisch, klinisch, koud. Maar in werkelijkheid brengt hij rust in de chaos. Stilte in de storm. Hij maakt dat iemand vredig kan inslapen, zonder strijd of paniek. Niet sneller, niet geforceerd – maar op een manier die zacht is, menselijk, en vol respect.
Elke keer opnieuw ben ik me bewust van de zwaarte van deze momenten. Elke keer is het bijzonder om er te mogen zijn. Om te zorgen. Om te begeleiden. Niet alleen voor degene in bed, maar ook voor de mensen die achterblijven.
Deze zorg is nooit routine. En dat moet het ook niet worden. Je doet dit maar één keer, en die ene keer moet goed zijn. Daarom zet ik me er elke keer weer volledig voor in. Niet voor mezelf, maar voor de ander. Voor hun rust, hun waardigheid, hun afscheid.
En telkens weer is het die pomp, in dat eenvoudige blauwe koffertje, die me eraan herinnert waarom ik dit werk met mijn hele hart blijf doen.