
18/08/2025
“Weest in geen ding bezorgd; maar laat uw begeerten in alles, door bidden en smeken, met dankzegging bekend worden bij God.” (Filippenzen 4:6)
Deze woorden zijn voor ons extra bijzonder, omdat dit onze trouwtekst is.
Toen we trouwden, klonk deze belofte als een richtingwijzer voor ons leven samen.
Een houvast voor de mooie momenten, maar ook voor de moeilijke.
Toen klonk het vooral hoopvol en bemoedigend.
Nu, jaren later, merk ik hoe diep en confronterend deze woorden werkelijk zijn.
Want eerlijk: hoe ben je in geen ding bezorgd, als het leven je juist zoveel redenen geeft om zorgen te maken?
Hoe leg je je begeerten bij God neer, als je soms zelf niet weet wat je nodig hebt?
En hoe dank je, wanneer je hart vol vragen en tranen is?
Voor mij ligt de kracht van dit vers niet in de opdracht, maar in de uitnodiging.
Het zegt niet dat zorgen er niet mogen zijn, maar dat ik ze niet alléén hoef te dragen.
Dat ik steeds opnieuw, soms tien keer per dag, mijn gebroken gebeden en zuchten bij Hem neer mag leggen.
Paulus schrijft over bidden, smeken en danken. Bidden als contact zoeken, smeken als je nood eerlijk neerleggen, en danken – misschien wel het moeilijkste van alles.
Danken in de storm voelt onnatuurlijk, en toch brengt het me terug bij Wie God is: trouw, genadig en groter dan mijn omstandigheden.
Deze tekst herinnert me eraan dat mijn zorgen er mogen zijn, maar dat ze niet het laatste woord hebben.
Dat ik met lege handen mag komen, en Hem steeds weer alles mag toevertrouwen.
Ook als mijn geloof wankelt. Of misschien vooral juist dan.
Misschien herken jij dit. Misschien draag jij ook zorgen die je maar moeilijk los kunt laten.
Weet dan dat je niet alleen bent.
En dat God niet alleen naar je woorden luistert, maar ook naar je tranen, je stilte, en je diepste zuchten. 🌿
Vandaag wil ik mezelf opnieuw herinneren aan de trouwbelofte die niet alleen wij aan elkaar deden, maar die God ons meegaf: ik hoef mijn zorgen niet vast te houden.
Ik mag alles bij Hem neerleggen.
Elke dag opnieuw.